'Niemand kent de echte Joseph'

Ad de Koning | maandag 10 november 2008
In de über-chique Members Lounge van poloclub Polo Saint-Tropez treft Frans-Jozef Geenen (47) de laatste voorbereidingen voor de groots opgezette paardenveiling die hij een dag later op het terrein van de poloclub op poten heeft gezet. Het fokken van Arabische volbloedpaarden is een uit de hand gelopen hobby die hij sinds een jaar of vijf onder de naam Joseph Arabians op professionele wijze uitoefent, naast het uitbaten van vijf trendy ingerichte toprestaurants en een bar in het centrum van Saint Tropez. Steenrijke volbloedliefhebbers van over de hele wereld zijn speciaal voor de veiling naar Zuid-Frankrijk komen vliegen en omdat het de eerste keer is dat de geboren Stiphouter zo'n veiling in thuisbasis Saint-Tropez houdt, is hij lichtelijk nerveus. "Paarden zijn mijn passie, eigenlijk mijn hele leven lang al", vertelt hij. "Die liefde heb ik van ons moeder. Zij had al paarden toen ik amper drie jaar oud was."


Le Grand Joseph aan de Place de l'Hôtel de Ville, een van de eerste restaurants van de Joseph-keten die Geenen in Saint-Tropez heeft opgezet.
Zijn goede vriend, de vroegere Franse president Jacques Chirac ('We zien elkaar meerdere keren per jaar') vroeg het hem eerder dit jaar, tijdens een lunch in een van zijn zaken waarbij ook de Amerikaanse acteur Michael Douglas en één van de erven Citroën aan tafel zaten. "Hij zei: 'Joseph, waarom geniet je niet wat meer van de successen die je hebt behaald? Wees eens tevreden met jezelf en wat je hebt bereikt'." Dan, zichtbaar geëmotioneerd: "Maar dat vind ik moeilijk, genieten van succes. Ik hou niet van complimenten. Ik geef mezelf ook niet snel bloot, ben in die zin een binnenvetter. Niemand kent de echte Joseph." Zijn liefde voor dieren deelt de vrijgezel met zijn beste vriendin Brigitte Bardot, de Franse ster die Saint-Tropez in de jaren zestig op de kaart zette en er nu al jarenlang een teruggetrokken leven leidt. Zo'n twee keer per week zoekt Geenen Bardot op op haar landgoed La Madrague. "In onze dierenliefde lijken we op elkaar, daar kunnen we uren over praten."

Frans-Jozef Geenen,
op 19-jarige leeftijd ingeburgerd in Frankrijk.
Geenen kwam in 1978 in Zuid-Frankrijk terecht toen zijn ouders het Domaine de Prades kochten, een enorm landhuis met een tweehonderd hectare tellend landgoed in een vallei in Dio et Valquières. Het huis en de bijbehorende gronden in de Midi – tussen Montpellier en Béziers – werden overgenomen van de Grimaldi's van Monaco. "Een huis is een groot woord, eigenlijk was het meer een ruïne", lacht Geenen. "Ruim twee jaar lang hebben we daar in een caravan gewoond, pas toen was het huis bewoonbaar." Als zeventienjarige had Geenen het net als zijn drie tienerzussen niet bepaald gemakkelijk met de verhuizing. "Het was zomer en we moesten ons wassen in een beekje.

Maar toen het winter werd, beseften we dat we het in zo'n Frans dorpje nog wel eens lastig konden krijgen, als Nederlanders die geen woord Frans spraken." De jonge Frans-Jozef besloot in 1979 er het beste van te maken. "Ik zei tegen ons moeder: ik blijf hier, maar dan begin ik wel een discotheek." Die discotheek Josegré (Jozef en Greet) in de kelder van het enorme landhuis, bleek al snel een succes. "Het had een beetje een exclusieve sfeer. We serveerden hele flessen wijn aan kleine tafeltjes,dat zag je toen nog niet vaak."


maandag 10 november 2008



Stoeterij Domaine des Prades
Dio et Valquières
In 1981 nam een vriend de inmiddels aardig ingeburgerde Frans-Jozef voor het eerst mee naar de Côte d'Azur. "We kwamen in Saint-Tropez en ik was meteen verkocht. De sfeer, de mensen. Ik kan het eigenlijk niet uitleggen, maar ik wist dat ik wilde blijven." Omdat hij met zijn discotheek in de Midi zijn zakelijke horeca-instinct in drie jaar tijd ruimschoots had bewezen, werd hij via een vriend gevraagd gérant te worden in Le Pigeonnier, een vooral in homokringen vermaarde discotheek waar de mooiemensenbrigade kind aan huis was.

Na vervolgens nog een tijdje in een cabaret-bar in Lavandou te hebben gewerkt, keerde Geenen in 1985 terug in Saint-Tropez, dit keer om er nachtbar De Brasil en Bar de Soleil op het befaamde Plage Tahiti te beginnen. In die tijd ook leerde hij Prince de Lignac (Bram van Leeuwen) kennen. "Iedereen dacht dat de prins mij met zijn geld had geholpen, maar dat is niet zo. 'Je kunt beter vrienden blijven', zei de prins altijd. 'Geld kan een vriendschap alleen maar verpesten'." In 1995 had Geenen zes horecazaken: drie in wintersportoord Courchevel en drie in Saint-Tropez. Zijn anderhalf jaar jongere zus Petrie was daarbij uitgegroeid tot Geenens rechterhand. "Petrie regelde bijna alles en doet dat nu nog steeds. Zonder haar was het allemaal nooit zover gekomen."

Vandaag de dag vertoont Geenen zich nog maar zelden in zijn chique

Frans-Jozef Geenen
"Ik wist dat ik wilde blijven."
aangeklede zaken waar de happy few standaard kan kiezen uit 21 soorten champagne. In 1996 verkocht de financieel inmiddels onafhankelijke Geenen de zaken in Courchevel, vooral omdat criminelen de chique wintersportplaats 'steeds meer in hun greep kregen'. Hij besloot zich op Saint-Tropez te richten en leidde een uitbundig jetset-leven. "Ik feestte er op los, ging tot diep in de nacht door met mensen als George Michael, Elton John, Jean-Paul Belmondo en Robbie Williams, die regelmatig bij mij aten." Fameus zijn de nachten dat Geenen diep in de nacht half ontkleed op de tafels in zijn eigen zaken stond te dansen, tot groot vermaak van zijn gasten.

Na een jaar of vier begon het heftige nachtleven zijn tol te eisen. "Op een ochtend in 1998 werd ik wakker en realiseerde me dat ik zo niet door kon gaan. Ik gaf iedere avond al mijn energie, was overdag bijna letterlijk gebroken. Als ik zo bleef leven, zou ik er aan kapot gaan." Geenen besloot niet meer te drinken en zich serieus met zijn Joseph-keten bezig te houden. "In amper drie jaar tijd nam ik drie van de beste zaken van Saint-Tropez over: l'Escale, Le Quai en La Tour." Daarmee kwam het aantal zaken weer op zes. Dat hij met zijn zaken in Saint-Tropez zo prominent aanwezig is, maakt hem niet bij iedereen even geliefd. "Er is jaloezie, natuurlijk. De Var Matin (plaatselijke krant, red.) schreef onlangs in een kop: Saint Tropez wordt nooit Saint Joseph. Het was spottend bedoeld, maar voelde voor mij als een attaque, Dat heeft me wel geraakt." Dat zijn zaken stuk voor stuk de (merk)naam Joseph prominent op de gevel hebben staan, heeft in elk geval niks met ijdelheid te maken, zegt hij zelf. "Mijn naam zegt me niks, ik zie het meer als een signature."

La commune de DIO ET VALQUIÈRES, située dans le département de l'HERAULT, au pied des Cévennes, réunie trois hameaux DIO, VALQUIÈRES et VERNAZOUBRES, d'une importance quasi égale, et abrite 139 habitants sur une superficie de 1.877 hectares. La Gazette de Dio et Valquières est une initiative de citoyens concernés qui surveillent de façon critique la politique municipale.

Gazette de Dio et Valquières